bisschop d'allamont

Bisschop Eugeen Albert d'Allamont (Brussel 1609 - Madrid 1673)
Bisschop Eugeen Albert d'Allamont (Brussel 1609 - Madrid 1673)

 

Rol Bisschop d'Allamont, na de tweede grote stadsbrand in 1665

 

-Tekst en research: Yvonne de Vries-

 

Wie was bisschop d’Allamont, de man die de bevolking van Roermond, na de tweede grote stadsbrand  in 1665, heeft gered?

 

Eugeen Albert d'Allamont was de zoon van Jan IV d'Allamont en Agnes de Merode. Hij werd in 1609 geboren in Brussel, als graaf van Brandeville, baron van Buzij, heer van Allamont, Malandry, Ansart en Blagny. Hij werd gedoopt door kardinaal Alfonso de la Cueva. Albrecht van Oostenrijk en Isabella van Spanje hielden hem boven het doopvont en gaven hem hun naam (Isabella's derde voornaam was Eugenia).

 

D'Allamont studeerde in Luxemburg, Trier, Mainz en Leuven. Hij nam dienst in het leger van aartshertog Leopold en vocht in 1648 mee in de Slag bij Lens , waar hij werd gevangengenomen, net zoals zijn broer Jan V d' Allamont. Deze veldslag was de laatste van de Dertigjarige Oorlog. Het treffen vond plaats op 20 augustus 1648 in de vlakte ten westen van Lens, tussen Grenay en Liévin in het graafschap Artesië, toen een deel van de Zuidelijke Nederlanden. Na zijn vrijlating trad Eugeen in dienst van de RK Kerk. 

 

Lees verder onder de korte beschrijving.


Praalgraf d'Allamont in Gent
Praalgraf d'Allamont in Gent

KORT - BISSCHOP d'ALLAMONT - KORT

 

Eugenius Albertus d'Allamont (Brussel, 1609 - Madrid, 28 augustus 1673) was de vijfde bisschop van Roermond van 1659 tot 1666. Van 1666 tot 1673 was hij de negende bisschop van Gent. Zijn wapenspreuk was: Patiens esto(Wees geduldig).



Grafplaat in de crypte in Gent
Grafplaat in de crypte in Gent

In 1653 werd hij als kanunnik benoemd aan het kathedrale kapittel van Luik en op 20 september 1654 werd hij op 45 jarige leeftijd tot priester gewijd. In 1659 werd hij door Filips IV van Spanje als 5e bisschop van Roermond benoemd en deze benoeming werd bekrachtigd door paus Alexander VII. Op 11 juni 1659 nam hij bezit van de bisschopszetel van Roermond.

 

Op 23 juni werd hij officieel tot bisschop gewijd in Mechelen door aartsbisschop Andreas Creusen, die eerder ook bisschop van Roermond was. Eugeen was toen 50 jaar. Zijn wapenspreuk was Patiens esto (Wees geduldig).

 

Op 11 april 1661 werd de bisschopszetel en kapittel van Roermond van de te klein geworden Heilige Geestkerk overgeplaatst naar de parochiekerk van Sint Christoffel en Lambertus, de huidige Sint-Christoffelkathedraal. Op 31 mei 1665 (feest van de heilige Drievuldigheid) werd tijdens de kermisprocessie een vreugdeschot gelost. Een rieten dak vloog in brand en door de wind stond in korte tijd heel Roermond in brand. Ook het paleis van de bisschop ging in vlammen op.

 

Alleen de pauselijke bullen ter oprichting van het bisdom wist Eugeen ijlings in veiligheid te brengen. 1100 huizen en de meeste kloosters werden in de as gelegd. D’Allamont ging korte tijd in kasteel Daelenbroeck wonen, maar vanaf 15 juni vertrok hij naar Brussel waar hij meestal verbleef. 

 

Per 1 februari 1666 werd hij door Karel II van Spanje benoemd tot bisschop van Gent. Paus Alexander VII bevestigde deze benoeming op 7 juni 1666.

 

Op 31 maart 1673 (hij was toen 64 jaar) ondernam hij een reis naar Spanje om er bij de koning verslag uit te brengen over de toestand van de katholieke kerk in de Nederlanden en om van het Spaanse hof vrijstelling te krijgen van de 6.000 florijn die koning Filips IV ten laste van het bisdom Gent aan Roermond had toegekend en waarvan de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden een groot deel voor zich opeiste. Maar d’Allamont werd ziek, hij overleed aan dysenterie in Madrid in 1673. Het hart van D’Allamont werd begraven in een praalgraf in de St.Baafskathedraal in Gent.

De aartshertogen Albrecht en Isabella, uit de dynastie van de Oostenrijkse Habsburgers, in aanbidding bij OLV in 't Zand.
De aartshertogen Albrecht en Isabella, uit de dynastie van de Oostenrijkse Habsburgers, in aanbidding bij OLV in 't Zand.

Wat is zijn betekenis voor Roermond geweest? 

 

D’Allamont had een militaire achtergrond, zoals de meeste jongemannen van adel. Daardoor had hij de logistieke kwaliteiten die hij kon gebruiken bij de evacuatie van Roermond bij de brand. Hij verzamelde de hele bevolking van Roermond om samen door de Zwartbroekpoort naar de Kapel in ’t Zand te trekken.

 

Door deze concentratie van de bevolking was de hulpverlening beter te sturen. Men liep tegen het vuur en de rook in, door het Zwartbroek, langs de Roer naar de Kapel. Daar was zuiver water en voedsel voor de ruim 4000 stadsbewoners.

 

Vandaaruit werden de mensen verdeeld over de naburige dorpen. Op deze wijze was er zicht op de plaatsen in de regio waar noodopvang werd geboden. Zodat later de mensen uit Roermond konden worden opgetrommeld om puin te komen ruimen en met de wederopbouw te beginnen.

D’Allamont had door zijn afkomst uitstekende diplomatieke contacten op hoog niveau. Die contacten hebben geholpen om steun te vragen voor de wederopbouw van Roermond, zeker in de zuidelijke Nederlanden was de aandacht groot. Mede door het lied uit ’t Antwerps Liedboek! De wederopbouw was dan ook een klein mirakel, in vijf jaar tijd herrees Roermond uit de as. Grote gebouwen verrezen in de stad, het Prinsenhof, een nieuw Bisschoppelijk Paleis, de Stenen Trappen, mooie grote stadspanden en kloosters. Er was immers genoeg goedkope grond beschikbaar! Toch moesten de schout en schepenen alle zeilen bijzetten om bewoners terug in de stad te krijgen. De bewoners waren niet alleen hun huis, maar vaak ook hun broodwinning kwijt geraakt. Denk aan brouwers, bakkers, schoenmakers, wevers. 

Bisschop d'Allemont voerde in 1665 de bevolking uit de brandende stad Roermond naar de Kapel in 't Zand.
Bisschop d'Allemont voerde in 1665 de bevolking uit de brandende stad Roermond naar de Kapel in 't Zand.

 

Ook moesten de organisatiestructuren van gildes en putgemeenschappen worden hersteld. Joanna van Randeraedt heeft in 1666 de putgemeenschappen opgeroepen om samen grote kaarsen naar OLV in ’t Zand te brengen, als dank voor de hulp die bewoners van de buurtschap Kapel hadden geboden en om bescherming aan Maria te vragen in moeilijke tijden. 

Deze oproep heeft zeker bijgedragen tot herstel van de putgemeenschappen, die zo belangrijk zijn voor de stad bij de brandbestrijding en het samenhorigheidsgevoel!

 

D’Allamont had dit goed in de gaten, heel jammer dat deze bisschop naar Gent moest vertrekken. Daardoor verdween hij uit het collectieve geheugen van Roermond. 


De beide schilderijen hierboven zijn afkomstig uit de zogeheten 'Proecessieweg'  in het Kruiswegpark en zijn geschilderd door Albin Windhausen (1863-1946).